De Ragdoll heeft een superzachte halflang harige vacht. Daarbij zijn deze katten ook nog eens heel knuffelig en aanhankelijk. Maar ben je ook bekend met deze vijf minder bekende dingen over de Ragdoll?
Ragdoll geschiedenis
Ragdolls zijn een relatief jong ras. De katten werden namelijk in 1960 in California gefokt door Ann Baker. De Ragdoll is ontstaan uit de langharige witte kat van Baker, genaamd
Josephine. Deze kat had een lief en zacht karakter.
Josephine liet zich helemaal slap hangen als zij opgetild werd, vandaar dat haar kittens de ras naam ‘Ragdoll’ kregen.
De vader van de Ragdoll is onbekend. Dit kan mogelijk een Perzische kat of een Angora kat zijn. De kittens hebben de kalme persoonlijkheid van Josephine overgenomen. Dit zijn later ook ras eigenschappen geworden. Vermoedelijk hebben de Ragdolls hun unieke kleuren te danken aan de vader.
Vertraagde kleurontwikkeling
Maar voordat de kittens van Ragdolls hun unieke kleur krijgen blijven zij erg lang volledig wit. Pas later ontwikkelen zij meer kleur in hun vacht. Hun uiteindelijke kleur ontwikkelt zich pas na enkele weken, soms zelfs maanden. Dit komt doordat kittens in de baarmoeder op alle plekken even warm zijn.
Pas naarmate de kittens op de wereld gezet zijn ontwikkelen zij delen die meer kou voelen dan andere delen. Ragdolls dragen het Himalaya-gen met zich mee. Dit is een vorm van albinisme die alleen pigment aanmaakt op de koudere delen van het lichaam.
Hierdoor blijft de romp bijvoorbeeld helemaal wit, maar kunnen de neus, oren, staart en poten wel kleur krijgen. De kleur is zichtbaar rond de acht tot twaalf weken. Het kan één tot twee jaar duren voordat de kleur helemaal is ontwikkeld.
Ragdolls zijn stille katten
Een andere eigenschap die Ragdolls hebben is dat de dieren erg stil zijn. Deze katten miauwen eigenlijk alleen als zij denken dat het nodig is, of tijdens het spelen. In vergelijking met veel andere kattensoorten is de Ragdoll erg stil. Als Ragdolls al miauwen is dit meestal met een zachte stem.
Houden niet van hoogtes
Wat Ragdolls en veel andere katten ook niet gemeen hebben is de liefde voor hoogtes. Ragdolls houden juist niet van hoogtes. Ragdolls zijn over het algemeen erg rustige katten, die minder behoefte hebben om te verkennen. Ook voelen de dieren zich veilig op de grond, vooral als dat betekent dat zij dichtbij een eigenaar zijn.
Het hoogste dat de dieren willen zijn is namelijk op ooghoogte van mensen. Ragdolls zullen daarom niet snel in een boekenkast klimmen of op keukenkastjes springen. Deze katten zijn een stuk gelukkiger met een krabpaal op schouderhoogte of een kussentje op de bank.
Houden van routines en vaste patronen
Waar Ragdolls dus veel minder van hoogtes houden lijken zij met routines wel op andere kattensoorten. Ragdolls zijn erg gesteld aan routines en vaste patronen. De dieren kunnen ook erg overstuur raken als deze patronen. Vaste gewoontes geven Ragdolls een gevoel van veiligheid en controle.
Zo bouwen de dieren bijvoorbeeld ook vaste eetmomenten op. Wanneer hun baasje een keer te laat is, kunnen de dieren onrustig raken of hun eigenaar gaan zoeken. Ook leren ze het schema van hun eigenaar.
Ragdolls kunnen dus onthouden wat tijdstippen zijn dat hun eigenaar wakker wordt, of weer thuiskomt en wachten dan vaak voor de deur.
Bekijk hier onze andere
toplijsten.
Foto: Pexels